|
|
– – – – /[MMM]/[DD] JAAR =
|
[JJJJ]/- – – /[DD] MAAND=
|
|
Hiermee stelt u de juiste datum in. Het bereik voor het jaartal is 2009 t/m 2037.
|
|
|
|
Hiermee kunt de volgorde instellen voor het jaar, de maand en de dag in de datum.
|
|
|
|
Hiermee kunt u een configuratie voor het weergeven van de tijd selecteren.
|
|
|
|
Hiermee kunt u opgeven of de 12-UURS– of 24-UURSnotatie moet worden gebruikt.
|
|
MAX. AANTAL OPGESLAGEN TAKEN
|
|
|
|
Hiermee kunt u het aantal snelkopieertaken instellen dat kan worden opgeslagen op het apparaat.
|
|
|
|
|
Hiermee geeft u aan hoe lang snelkopieertaken blijven staan voordat ze automatisch uit de wachtrij worden verwijderd. Deze menuoptie verschijnt alleen als er een harde schijf is geïnstalleerd.
|
|
|
|
|
Met deze optie bepaalt u of het IP-adres van het apparaat op het display wordt weergegeven bij het bericht Klaar.
|
|
|
|
|
Hiermee vermindert u het geluid tijdens het afdrukken. Wanneer deze instelling is geselecteerd, wordt met een lagere snelheid afgedrukt.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in hoe het apparaat moet omgaan met papierladen en bijbehorende berichten op het bedieningspaneel.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in hoe taken met een opgegeven invoerlade moeten worden verwerkt.
|
●
|
EXCLUSIEF: het apparaat selecteert nooit een andere lade wanneer de gebruiker heeft aangegeven dat een bepaalde lade moet worden gebruikt, zelfs wanneer die lade leeg is.
|
|
●
|
EERSTE: als de opgegeven lade leeg is, voert het apparaat papier in uit een andere lade, zelfs als de gebruiker een specifieke lade voor de taak heeft ingesteld.
|
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in of een bericht voor handmatige invoer wordt weergegeven wanneer de papiersoort of het papierformaat voor een taak niet overeenkomt met het formaat of de soort dat voor lade 1 is geconfigureerd.
|
●
|
ALTIJD: voorafgaand aan een taak met handmatige invoer wordt altijd een prompt weergegeven.
|
|
●
|
TENZIJ GELADEN: er verschijnt uitsluitend een bericht als de multifunctionele lade leeg is of als de configuratie hiervan niet overeenkomt met het papierformaat en de papiersoort van de taak.
|
|
|
|
PS-VERWERKING VAN AFDRUKMAT.
|
|
|
Hiermee stelt u in hoe papier wordt verwerkt bij afdrukken vanuit een Adobe PS-printerdriver.
|
●
|
INGESCHAKELD: het papierverwerkingsmodel van HP gebruiken.
|
|
●
|
UITGESCHAKELD: het papierverwerkingsmodel van Adobe PS gebruiken.
|
|
|
|
PROMPT VOOR FORMAAT/SOORT
|
|
|
Hiermee stelt u in of het ladeconfiguratiebericht moet worden weergegeven wanneer een lade wordt gesloten.
|
●
|
WEERGEVEN: het ladeconfiguratiebericht wordt weergegeven wanneer een lade wordt gesloten. U kunt het papierformaat en de papiersoort voor de lade rechtstreeks in dit bericht configureren.
|
|
●
|
NIET WEERGEVEN: het ladeconfiguratiebericht wordt niet weergegeven.
|
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in of op het bedieningspaneel het bericht wordt weergegeven om een andere lade te selecteren wanneer de opgegeven lade leeg is.
|
●
|
INGESCHAKELD: u wordt gevraagd het papier in de geselecteerde lade aan te vullen of een andere lade te kiezen.
|
|
●
|
UITGESCHAKELD: u wordt gevraagd het papier in de geselecteerde lade aan te vullen.
|
|
|
|
BLANCO PAGINA’S IN DUPLEXER
|
|
|
Hiermee stelt u in hoe dubbelzijdige taken moeten worden verwerkt.
|
●
|
AUTOMATISCH: hiermee wordt de functie Slimme duplex ingeschakeld, waarbij alleen de eerste zijde wordt verwerkt als de tweede zijde leeg is. Hierdoor kan de afdruksnelheid worden verhoogd.
|
|
●
|
JA: hiermee schakelt u de functie Slimme duplex uit; het vel papier wordt dan ook omgeslagen als het slechts aan één zijde wordt bedrukt.
|
|
| OPMERKING:
|
Deze optie is uitsluitend beschikbaar op de HP LaserJet P3011n-printer en de HP LaserJet P3011dn-printer
|
|
|
|
|
Selecteer de instelling ALTERNAT. als u problemen ondervindt bij het uitlijnen van afbeeldingen op voorbedrukte formulieren.
|
|
|
|
|
Hiermee wordt het stroomverbruik verlaagd wanneer het apparaat gedurende de ingestelde tijd inactief is geweest.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u een dagelijkse wektijd in voor het apparaat.
|
|
|
|
Het bereik loopt van 1 tot 10.
|
|
Hiermee stelt u de helderheid van het display van het bedieningspaneel in. De standaardinstelling is 5.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u de standaardpersonality in.
|
|
VERWIJDERBARE WAARSCHUWINGEN
|
|
|
|
Dient voor instelling van het al dan niet wissen van waarschuwingen op het bedieningspaneel of wanneer een volgende taak verzonden wordt.
|
|
|
|
|
Hiermee bepaalt u hoe het apparaat reageert wanneer er een fout optreedt waarna automatisch doorgaan mogelijk is.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in of pagina’s opnieuw moeten worden afgedrukt na een papierstoring.
|
AUTOMATISCH: pagina’s worden opnieuw afgedrukt als er voldoende geheugen beschikbaar is voor dubbelzijdig afdrukken op volle snelheid.
|
|
|
|
|
Hiermee stelt u in hoe de RAM-schijffunctie wordt geconfigureerd. Deze optie is uitsluitend beschikbaar wanneer geen harde schijf is geïnstalleerd en de printer over ten minste 8 MB geheugen beschikt.
|
AUTOMATISCH: hiermee kan het apparaat de optimale grootte van de RAM-schijf bepalen, gebaseerd op de hoeveelheid beschikbaar geheugen.
|
UIT: de RAM-schijf is uitgeschakeld, maar een minimale RAM-schijf blijft actief.
|
|
|
|
Een lijst van de beschikbare talen wordt weergegeven.
|
|
Hiermee stelt u de taal voor het apparaat in. De standaardtaal is ENGELS.
|
|